Wondverzorging met homeopathie
De vraag ‘hoe homeopathie ingezet kan worden bij de verzorging van wonden’ komt regelmatig voor. Er zijn verschillende soorten wonden zoals kneus-, scheur- schaaf-, prik-, snij- en brandwonden. Afhankelijk van de ernst van de verwonding en de situatie er omheen, kunnen er homeopatische middelen worden ingezet. Wat u zelf kunt aanpakken, is de verzorging van de wonden met homeopathische middelen.
Ontsmetten
Normaliter grijpt men bij open wonden al snel naar jodium. Binnen de homeopathie wordt als alternatief voor jodium, Hypercal-tinctuur gebruikt. Dit is een oertinctuur van Hypericum en Calendula. De Hypercal-tinctuur (homeopathische jodium) heeft een ontsmettende, bloedstelpende en genezende werking.
Een wond kan goed gereinigd worden doormiddel van een compres, bevochtigd in water met verdunde Hypercal (1:5), om vervolgens op de huid te worden aangebracht.
Wat te doen bij kneus-, scheur- schaaf-, prik-, snij- en brandwonden?
Schaafwonden
Schaafwonden zijn vaak verontreinigd. Het is daarom belangrijk om de wond goed schoon te maken voordat je het afdekt. Dit kan met Hypercal-tinctuur (homeopathische jodium). Soms wordt er geadviseerd om een Tetanus-inenting te nemen bij grote schaafwonden. Een homeopaat kan in deze gevallen zonodig preventief ingrijpen met een homeopathisch middel.
Grote scheur- en diepe snijwonden
Scheur en snijwonden moeten ontsmet worden. Nadat de wond goed schoongespoeld is met water verzorg je deze met Hypercal-tinctuur. Voor het hechten van een wond wordt geadviseerd contact op te nemen met uw huisarts.
Bij prikwonden kan het wondje onschuldig lijken, maar toch kan er diep in het weefsel letsel zijn toegebracht. Ontsmet met hypercal-tinctuur, was de wond uit en overleg bij een diepe prik- of steekwond met uw homeopaat.
Brandwonden
Homeopathie zorgt voor een snelle genezing van eerstegraads brandwonden. Tweede-, maar zeker derdegraads brandwonden vereisen op de eerste plaats specialistische zorg! Geef hier gehoor aan en neem geen risico. Daarnaast kunt u een homeopaat benaderen of deze met homeopathische middelen ondersteuning kan bieden.
In het verleden was het reguliere beleid; ‘Behandel brandwonden, eerst met koud water en de rest komt later’, inmiddels is men daar op teruggekomen. Het advies luidt nu; direct ‘koelen’ met lauw water.
Wanneer bij de behandeling van brandwonden het gelijksoortigheidsprincipe vanuit de homeopathie in acht genomen wordt, dan is op basis van die gelijksoortigheid het beste om bij brandwonden gelijk warm water op de wond te laten stromen. Hier wordt het gelijke met het gelijksoortige toegepast. En dat werkt! Wanneer je een brandwond onder de koude kraan houdt, komt er een blaar en de plek zal dagen lang pijn doen. Houdt je deze brandwond onder de warme kraan, zo heet als de gezonde arm verdragen kan, dan doet dat even heel erg pijn, maar daarna is het over en er ontstaat geen blaarvorming.
Om de genezing bij brandwonden te ondersteunen wordt er in de meeste gevallen Cantharis ingezet. Cantharis is hét hoofdmiddel bij verbranding. Cantharis helpt de verbranding van binnenuit te genezen en dat gaat vaak heel snel. Daarnaast is de wondverzorging natuurlijk heel erg belangrijk. Een brandwond is infectie gevoelig, dat betekent dat de wond heel goed verzorgt moet worden. Steriele gaasjes en het gebruik van Hypercal tinctuur zijn hierin onmisbaar. Als de wond mooi dicht zit sluit Calendula zalf het proces af door deze wond zonder littekens te laten genezen.
Vallen of stoten
Tot slot de verwondingen die ontstaan na een val, slag of stoot. Vaak ontstaat er een zwelling en/of blauwe plek terwijl de huid intact is. In dit geval kan Arnica gebruikt worden om de pijn te verzachten en de plek vlotter te doen genezen. Let op! Arnica-zalf mag niet gesmeerd worden op een beschadigde huid; dit kan een ontstekingsreacties veroorzaken.
Ons zelf-genezende vermogen is een bijzonder fenomeen! Hopelijk kunt u met deze kleine E.H.B.O.-tips uit de voeten. Voor begeleiding bij wondverzorging kunt u contact opnemen. Zelfs als de verwonding al langere tijd geleden is.